Rabbana-dua’s: Fluisteringen uit het hart van de gelovige
In de Koran vinden we talloze smeekbeden; gebeden vol hoop, vrees, verlangen en vertrouwen.
Onder deze gebeden beginnen er veertig met één woord:
رَبَّنَا (Rabbana) – Onze Heer.
Op het eerste gezicht lijken het eenvoudige verzoeken. Maar wie erbij stilstaat, wie ze echt voelt en overpeinst, merkt iets bijzonders:
dit zijn geen formele teksten.
Ze kwamen voort uit momenten. Echte, menselijke, soms rauwe momenten.
Niet uit rituelen, maar uit het leven zelf.
Van boodschappers en oprechte gelovigen.
Van mensen zoals jij en ik...
...die zich midden in angst, vreugde, worsteling of stilte tot Allah keerden.
Ook zij waren menselijk
Ja, de boodschappers waren gekozen,
maar ook zij waren mensen.
Ze voelden pijn. Twijfel. Verlies. Liefde.
En juist dán spraken ze met Allah.
Niet met perfecte zinnen.
Niet met harde stemmen.
Maar met oprechte harten.
Elke Rabbana is een venster naar zo’n moment.
Een schreeuw. Een hoop. Een bekentenis. Een gebed.
Rabbana amanna… – “Onze Heer, wij hebben geloofd…”
Rabbana la tu’ākhidhnā… – “Onze Heer, reken ons niet af als wij vergeten of fouten maken…”
Rabbana afrigh 'alayna sabran… – “Onze Heer, stort over ons geduld uit…”
Elke smeekbede is anders.
Maar allemaal delen ze dezelfde kern: oprechtheid.
Wat ze gemeen hebben
Ondanks hun verschillende contexten, hebben alle Rabbana-gebeden een paar dingen gemeen:
- Ze zijn kort, maar diep.
- Ze beginnen met nederigheid, “Onze Heer…”
- Ze komen recht uit het hart, niet ingestudeerd, maar echt.
Maar het belangrijkste is dit:
Ze herinneren ons eraan dat vragen mag.
Dat voelen mag.
Of je nu huilt of fluistert, struikelt of bloeit,
de deur blijft open.
Rabbana...
Een woord.
Een begin.
Een brug tussen jouw hart en de Hemel.

Jouw dua telt
De Rabbana-gebeden uit de Koran zijn prachtig.
Vol diepgang. Tijdloos.
We kunnen er zóveel van leren.
Maar vergeet dit nooit:
De mooiste dua is die uit jouw eigen hart.
Je hebt geen perfecte zinnen nodig.
Geen klassieke Arabische woorden.
Alleen eerlijkheid.
Hier is een voorbeeld van zo’n oprechte Rabbana-dua.
Niet uit een boek, maar recht uit het hart van een gelovige vandaag:
“Rabbana, onze Heer...
Vergeef mij al mijn zonden, de grote en de kleine.
Vergeef wat ik in het verleden heb gedaan, en wat ik nog zal doen.
Vergeef wat ik openlijk heb begaan, en wat alleen U en ik weten.
Vergeef de fouten die ik mij herinner en ook die ik vergeten ben.”
Dáár draait dua om.
Echt zijn.
Zonder filter. Zonder vorm.
Alleen jij en jouw Heer.
De Rabbana-gebeden uit de Koran zijn geen vaste formules.
Het zijn geen grenzen.
Ze zijn inspiratie.
Voetsporen van anderen, zodat jij je eigen weg kunt vinden terug naar Allah.
Dus… begin.
Weet je even niet wat je moet zeggen?
Zeg gewoon:
“Rabbana… onze Heer…”
En laat je hart spreken.
Want jouw Heer luistert.
Net zoals Hij naar hen luisterde.
Wanneer Mijn dienaren jou naar Mij vragen: Ik ben nabij. Ik verhoor het gebed van iemand die bidt, wanneer hij Mij aanroept. Zij moeten Mij dus gehoor geven en in Mij geloven. Misschien zullen zij de goede weg opgaan..2:186
40 Rabbana Duas
1. Rabbana Dua 1 [2:127] – Onze Heer, aanvaard het van ons. Voorwaar, U bent de Alhorende, de Alwetende.
2. Rabbana Dua 2 [2:128] – Onze Heer, maak ons tot degenen die zich onderwerpen aan U en maak van onze nakomelingen een gemeenschap die zich onderwerpt aan U. En toon ons onze rituelen en aanvaard ons berouw. Voorwaar, U bent de Meest Berouwaanvaardende, de Genadevolle.
3. Rabbana Dua 3 [2:201] – Onze Heer, geef ons in de wereld wat goed is en het Hiernamaals wat goed is en red ons van de bestraffing van het Vuur.
4. Rabbana Dua 4 [2:250] – Onze Heer, schenk ons geduld en maak onze voeten standvastig en schenk ons een overwinning over het ongelovige volk.
5. Rabbana Dua 5 [2:286] – Onze Heer, bestraf ons niet als wij vergeten of fouten maken.
6. Rabbana Dua 6 [2:286] – Onze Heer, leg ons geen last op zoals U die aan degenen vóór ons heeft opgelegd.
7. Rabbana Dua 7 [2:286] – Onze Heer, belast ons niet met meer dan wat wij kunnen dragen, en scheld ons onze zonden kwijt, en vergeef ons, en heb Genade met ons. U bent onze Meester en schenk ons daarom een overwinning over het ongelovige volk.
8. Rabbana Dua 8 [3:8] – Onze Heer, laat onze harten niet afwijken (van de Waarheid) nadat U ons heeft geleid, en schenk ons van Uw Zijde Barmhartigheid. Waarlijk, U bent de Schenker.
9. Rabbana Dua 9 [3:9] – Onze Heer, waarlijk, U bent Degene Die de mensen verzamelt op de Dag waarover geen twijfel bestaat. Waarlijk, Allah verbreekt de Belofte niet.
10. Rabbana Dua 10 [3:16] – Onze Heer, waarlijk, wij hebben geloofd, dus vergeef ons onze zonden en red ons van de bestraffing van het Vuur.
11. Rabbana Dua 11 [3:53] – Onze Heer, wij geloven in wat U heeft neergezonden, en wij volgen de Boodschapper, dus voeg onze namen toe aan de getuigen.
12. Rabbana Dua 12 [3:147] – Onze Heer, vergeef ons onze zonden en onze overdrijvingen met betrekking tot onze zaak en maak ons standvastig en help ons tegen het ongelovige volk.
13. Rabbana Dua 13 [3:191] – Onze Heer, U heeft dit (alles) niet zonder doel geschapen, Verheven bent U. Bescherm ons dan tegen de bestraffing van het Vuur.
14. Rabbana Dua 14 [3:192] – Onze Heer, waarlijk, degene die U tot het Vuur doet binnentreden, heeft U zeker te schande gebracht. En voor de onrechtvaardigen zullen er geen helpers zijn.
15. Rabbana Dua 15 [3:193] – Onze Heer, voorwaar, wij hebben een oproeper gehoord die oproept tot het geloof: “Geloof in jullie Heer.” En wij hebben geloofd.
16. Rabbana Dua 16 [3:193] – Onze Heer, vergeef ons onze zonden en scheld ons onze slechte daden kwijt en laat ons sterven met de weldoeners.
17. Rabbana Dua 17 [3:194] – Onze Heer, schenk ons wat U ons heeft beloofd via Uw Boodschappers en breng ons niet te schande op de Dag der Opstanding. Voorwaar, U verbreekt Uw Belofte nooit.
18. Rabbana Dua 18 [5:83] – Onze Heer, wij geloven, dus schrijf onze (namen) op met (die van) de getuigen.
19. Rabbana Dua 19 [5:114] – O Allah, onze Heer, zend ons een tafel (gedekt met eten) vanuit de hemel neer, als een feest voor de eerste en de laatste van ons, en als een teken van U. En voorzie ons en U bent de Beste onder de voorzieners.
20. Rabbana Dua 20 [7:23] – Onze Heer, wij hebben onszelf onrecht aangedaan. En als U ons niet vergeeft en ons niet begenadigt, dan behoren wij zeker tot de verliezers.
21. Rabbana Dua 21 [7:47] – Onze Heer, plaats ons niet bij het onrechtvaardige volk.
22. Rabbana Dua 22 [7:89] – Onze Heer, oordeel met de waarheid tussen ons en ons volk, want U bent de Beste Beoordelaar.
23. Rabbana Dua 23 [7:126] – Onze Heer, schenk ons geduld en laat ons als moslims sterven.
24. Rabbana Dua 24 [10:85–86] – Onze Heer, laat ons geen (aanleiding tot) beproeving zijn voor het onrechtvaardige volk en red ons door Uw Genade van het ongelovige volk.
25. Rabbana Dua 25 [14:38] – Onze Heer, voorwaar, U weet wat wij verbergen en wat wij tonen. En voor Allah is er niets verborgen op de aarde of in de hemel.
26. Rabbana Dua 26 [14:40] – Mijn Heer, laat mij en mijn nakomelingen behoren tot degenen die het gebed onderhouden. Onze Heer, aanvaard mijn smeekbede.
27. Rabbana Dua 27 [14:41] – Onze Heer, vergeef mij, mijn ouders en de gelovigen op de Dag waarop de Afrekening plaatsvindt.
28. Rabbana Dua 28 [18:10] – Onze Heer, schenk ons Genade van Uw Zijde en vergemakkelijk onze zaak op een succesvolle manier voor ons.
29. Rabbana Dua 29 [20:45] – Onze Heer, waarlijk, wij vrezen dat hij zal overdrijven in het bestraffen van ons, of dat hij zich tiranniek zal opstellen.
30. Rabbana Dua 30 [23:109] – Onze Heer, wij geloven, dus vergeef ons en heb Genade met ons en U bent de Beste onder de barmhartigen.
31. Rabbana Dua 31 [25:65–66] – Onze Heer, wend de bestraffing van de Hel van ons af. Voorwaar, de bestraffing hiervan is blijvend. Voorwaar, het is een slechte Inwoning en Verblijfplaats.
32. Rabbana Dua 32 [25:74] – Onze Heer, schenk ons van onze echtgenotes en ons nageslacht een verkoeling voor de ogen en maak ons tot leiders van de godsvruchtigen.
33. Rabbana Dua 33 [35:34] – Onze Heer is zeker Meest Vergevingsgezind, Meest Dankbaar.
34. Rabbana Dua 34 [40:7] – Onze Heer, U omvat alle zaken met Genade en Kennis. Dus vergeef degenen die berouw tonen en Uw rechte Weg volgen, en behoed hen voor de bestraffing van het Hellevuur.
35. Rabbana Dua 35 [40:8] – Onze Heer, en laat hen de tuinen van 'Adn binnengaan die U hun hebt toegezegd en ook hen van hun vaderen en echtgenotes en nageslacht die rechtschapen zijn. U bent de machtige, de wijze.
36. Rabbana Dua 36 [59:10] – Onze Heer, vergeef ons en onze broeders, die ons voorgingen in het geloof. En plaats geen wrok in onze harten tegen degenen die geloven.
37. Rabbana Dua 37 [59:10] – Onze Heer, waarlijk, U bent Meest Zachtaardig, Meest Genadevol.
38. Rabbana Dua 38 [60:4] – Onze Heer, in U stellen wij ons vertrouwen en wenden ons berouwvol tot U. En tot U is de Terugkeer.
39. Rabbana Dua 39 [60:5] – Onze Heer, laat ons geen beproeving zijn voor degenen die niet geloven, en vergeef ons. Onze Heer, voorwaar, U bent de Almachtige, de Alwijze.
40. Rabbana Dua 40 [66:8] – Onze Heer, vervolmaak voor ons licht en vergeef ons. Voorwaar, U bent tot alles in staat.